Grote foto: Zand rond een bosmiernest op 16 juni 2013 bij het Zwart water
Er wordt wel eens gezegd dat het nest onder de grond even groot is als boven de grond. Maar als je kijkt naar de hoeveelheid zand die soms uit de stelsels van ondergrondse gangen en ruimtes naar buiten wordt gesleept kan het niet anders dan dat er meer ondergronds is. Het blijkt dat bosmieren uitstekende grondverplaatsers zijn. Ze creëren structuren in het landschap waar andere dieren en planten van profiteren. Vooral in juli en augustus is het verse zand goed te zien.
Op de foto hieronder is een mierennest met twee nestkoepels te zien. Het lijkt alsof ze op een zanderige heuvel liggen. Verderweg van het nest is ook veel zand te zien, maar hier is wat anders aan de hand. De mieren hebben hier alles verwijderd om te gebruiken voor de bouw van het nest. Er ontkiemen ook geen planten omdat de zaden die hier vallen worden opgeruimd. Wat achterblijft is het kale zand. Wat bij deze nesten opviel was dat op twee meter afstand van het nest grote openingen waren waardoor de mieren in en uit liepen.
Wanneer de nesten verlaten worden en vergaan blijft de ring van zand over. In het midden, op de plek waar ooit het nest lag, blijft een kuil zichtbaar.
Op de onderste foto is goed te zien hoe het zand aan de onderzijde van het nest opgehoogd is. De mieren hebben dat in slechts drie maanden tijd gedaan.